Eten is erg goed voor je, dat weten we allemaal. Door goed en gezond te eten krijg je vitamines en energie binnen. Maar wat zorgt ervoor dat bepaalde voedingsstoffen juist zo belangrijk voor ons zijn? In deze blog vertellen we wat meer over de drie belangrijkste energiebronnen voor het lichaam, namelijk koolhydraten, eiwitten en vetten.
Koolhydraten
Koolhydraten zijn de grootste energiebron voor ons lichaam, ze zorgen ervoor dat je kan bewegen, denken, ademen en nog veel meer. Er wordt dan ook geadviseerd om 40-70% van de energie die je binnenkrijgt uit koolhydraten moet bestaan. De beste koolhydraten die je kan eten zijn de soorten die rijk zijn aan andere goede voedingsstoffen, denk aan volkoren graanproducten, aardappels, peulvruchten, groenten en fruit. Er zijn ook koolhydraten die arm zijn aan voedingsstoffen, zoals frisdrank, koek en snoep, deze koolhydraten kan je beter in beperkte mate eten.
Eiwitten
Eiwitten staan vooral bekend als bouwstenen, de aminozuren in eiwitten helpen bij het bouwen van spierweefsel maar ook van cellen. Eiwitten zorgen er ook voor dat de weefsels in je lichaam hersteld en beschermd worden. Er zijn twee soorten aminozuren, essentiële en non- essentiële, de non essentiële aminozuren maakt je lichaam zelf aan maar de essentiële aminozuren moeten uit voeding komen. Het is dus belangrijk om genoeg eiwitten binnen te krijgen. Eiwitten zitten vooral in vlees, vis, eieren, peulvruchten en noten.
Het voedingscentrum gaat uit van 0,8 gram eiwitten per kilo lichaamsgewicht voor een gemiddeld volwassen persoon die niet veel sport, er zijn een paar groepen die meer eiwitten nodig hebben.
Wanneer je een actieve levensstijl hebt of doet aan duursport dan wordt er uitgegaan van 1,2-1,4 gram eiwitten per kilogewicht. Wanneer je een krachtsporter bent kan je het best uitgaan van 1,6-1,8 gram per kilogewicht. De laatste groep die meer eiwitten nodig hebben zijn vegetariërs en veganisten, zij kunnen het best uitgaan van 2-2,2 gram eiwitten per lichaamsgewicht.
Vetten
Vetten zijn net zoals de eiwitten en koolhydraten een bron van energie, maar ook zorgen vetten ervoor dat de vitamines A,D,E en K worden opgenomen in ons lichaam. Daarnaast zijn vetten ook goed voor de stoelgang en zorgen ze ervoor dat je je goed verzadigd voelt. Er zijn twee soorten vet, onverzadigd en verzadigd vet. Onverzadigd vet wordt ook wel het ‘goede’ vet genoemd en verzadigd vet het ‘verkeerde’ vet. Het onverzadigde vet verhoogt het goede cholesterol en verzadigd vet verhoogt het slechte cholesterol, om deze rede denken mensen vaak dat verzadigd vet vaak slecht is, maar wanneer het eten van verzadigd vet niet ten koste gaat van het onverzadigde vet en het dus in verhouding is met elkaar dan is er niks aan de hand. Het voedingscentrum gaat uit van een inname van 20-40 energieprocent van de gehele voeding, waarvan minder dan 10 energieprocent verzadigd vet is.
Producten waar veel onverzadigd vet in zit zijn onder andere zachte boter (halvarine of margarine) vloeibare oliën (olijfolie, zonnebloemolie), vette vis en noten. Producten waar veel verzadigd vet in zit, dus die je beter kan vermijden of af en toe kan eten zijn bijvoorbeeld vette vleessoorten, koek, (frituur) snacks of gebak.
Bronnen:
Voedingscentrum. (z.d.-a). Eiwitten. Geraadpleegd op 8 februari 2021, van https://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/eiwitten.aspx#blok1
Voedingscentrum. (z.d.-b). Koolhydraten. Geraadpleegd op 8 februari 2021, van https://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/koolhydraten.aspx#blok3
Voedingscentrum. (z.d.-c). Vetten. Geraadpleegd op 8 februari 2021, van https://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/vetten.aspx#blok7
Comments